Alex en David hebben na lang snuffelen in de boekjes een mooie tocht samengesteld waar we ons allemaal in konden vinden. Het zou een meerdaagse tocht worden om uiteindelijk de top van de Galenstock te bereiken ( De Galenstock is de op vier na hoogste berg in de Urner Alpen met een hoogte van 3586 meter. De berg ligt op de grens van de Zwitserse kantons Uri en Wallis).
Na al onze spullen gecheckt te hebben konden we op pad. Zijn met de auto over de Furcapass naar een parkeerplaats gereden om vandaar uit in de buurt van de Sidelenhütte (2708m) een overnachtings plekkie te vinden.
Dit was nog een behoorlijk stuk omhoog lopen. Hebben daar warme drankjes en een heerlijke appelpunt op. Nadat het was gestopt met regenen werd het tijd om een bivakplaats te zoeken. Na het egaliseren van wat puin hadden we allemaal een redelijk vlakke slaapplaats.
De nacht verliep voor mij goed. David was de enige die niet echt lekker had geslapen (was tijdens de tocht niets van de merken hahahaha). Opstaan is wat minder alles is vochtig en klam. Maar god zij dank het was helder en droog!!! Niets kon deze beklimming nog in de weg staan. Hebben eerst nog even goed gegeten tot Alex de kriebels kreeg en ons maande dat we op moeste schieten.
Om bij de Galenstock te komen moesten we eerst over een gletscher. Daar moest de kaart aan te pas komen om de juiste ingang te vinden. Bij het raadplegen van de kaart liet Alex zijn ID en VISA vallen. Deze gleden beiden in een gletscherspleet. Na het zetten van een ijsboor konden we het ID terug halen, helaas lag de VISA te diep.
Tegen de rots werd het hier en daar steeds moeilijker en konden we vertrouwen op de ervaring van Alex en David. Zonder hun hadden we het niet gered. Er zaten passages bij die op het randje waren hahaha.
Eenmaal boven op de rots zie je de top liggen. Echt machtig om dat te zien. Hebben daar onze zware rugzakken achtergelaten. Op de foto’s zie je dan dat je op stukken loopt die overhangen brrrr als dat afbreekt kan de nog net ff zwaaien. Maar vinden doen ze je nooit meer hihihi.
De afdaling was voor mij een hel. Laat mij maar naar boven gaan. Dat geeft me moraal. Je kan dan heerlijk in zo’n berg kruipen een zweten, klauteren en even alles loslaten en je emoties laten gaan. Geweldig daar doe je het voor.
De afdaling. Zoals ik al zei.. klote mijn voeten liggen aan alle kanten open. Je gaat dan steeds kleinere passen nemen om zo min mogelijk pijn te hebben dit kost dan weer meer energie en is ook steeds gevaarlijker enz enz. (volgend jaar wil ik andere schoenen.. dit ben ik echt beu!!!).
Hier en daar moesten we zoeken en soms zelfs weer een stuk omhoog. Das vloeken….. inwendig. Je weet dat niemand daar iets aan kan doen. Is gewoon verbonden aan het Alpine klimmen.
Uiteindelijk kwamen we op de Rhônegletsjer. ( de oorsprong van de Rhone) wat een machtig ding!! Heeft zich in de laatste jaren giga teruggetrokken. David liep voorop en moest flink zoeken. Denk dat we er wel een paar uur op hebben rondgedoold waarvan het laatste half uur in een fikse regenbui.
Ik moet zeggen dat ik dolgelukkig was toen we er af waren. Alex kreeg daar van een paar vriendelijke mensen een lift naar de auto.
Onze magen waren helemaal leeg. Dus snel naar een restaurant.. ohhh mensen wat een dorst had ik.. zou zo in een vat bier gedoken zijn. Da mens had de fles nog niet op tafel staan of ik had hem al half leeg. Heerlijk.
We kunnen terugkijken op een prachtig avontuuuuur!! Waar alles inzat.